Het verloop van een arbitrageprocedure is autonoom. Deze autonomie volgt enerzijds uit de tussen partijen gemaakte afspraken in het arbitragegeding en anderzijds uit de afspraken tussen de partijen en het arbitragepanel in de Akte van Opdracht.
Deze autonomie wordt ook bevestigd door het Belgisch Gerechtelijk Wetboek (Ger.W.):
- De “gewone” rechter moet zich onbevoegd verklaren wanneer partijen hebben gekozen voor arbitrage zoals bepaald in een geldig arbitragebeding (Art. 1682 Ger.W.);
- Arbiters hebben de bevoegdheid om te beslissen over hun eigen rechtsmacht. Dit wordt bevestigd door het Kompetenz-Kompetenz-principe voor arbiters (art. 1690 Ger.W.).
In een arbitrageprocedure is er dan ook in de regel geen tussenkomst van de “gewone” rechter. Er zijn echter drie uitzonderingen.
UITZONDERING #1: HERSTEL VAN EEN INEFFECTIEVE ARBITRALE PROCEDURE
De keuzes (of het gebrek daaraan) van partijen om de arbitrageprocedure te organiseren kan leiden tot een ineffectieve arbitrageprocedure. Het Gerechtelijk Wetboek voorziet onder meer in de tussenkomst van de “gewone” rechter om situaties zoals het niet aanwijzen van arbiters, hun vervanging en het vastleggen van een termijn voor het uitspreken van het arbitraal vonnis te herstellen (Art. 1680 Ger.W.). Er is ook een algemene bevoegdheid voor “gewone” rechtbanken om voorlopige maatregelen te treffen, niettegenstaande dat de grond van de zaak door arbitrage moet worden beslist (Art. 1683 Ger.W.).
UITZONDERING #2: BEPERKTE REDENEN OM EEN ARBITRALE UITSPRAAK TE VERNIETIGEN
Aangezien arbiters belast zijn met het nemen van juridische beslissingen, moeten de fundamentele principes van dergelijke beslissingen worden gerespecteerd. Art. 1717 Ger.W. somt een limitatieve lijst op van rechtsgronden die, indien van toepassing, zullen leiden tot vernietiging van een arbitraal vonnis door een “gewone” rechter.
Voorbeelden van nietigheidsgronden zijn:
- Het niet respecteren van de rechten van verdediging;
- Schending van de openbare orde;
- Ontbreken van een geldige arbitrageovereenkomst;
- Beslissing ultra petita genomen;
- en enkele anderen.
UITZONDERING #3: DE ERKENNING EN UITVOERING VAN ARBITRALE UITSPRAKEN
Ook bij de erkenning en tenuitvoerlegging van arbitrale vonnissen is tussenkomst van “gewone” rechters geboden. Art. 1720 Ger.W. voorziet in een eenvoudige procedure die op eenzijdig verzoek kan worden ingesteld. Daarna kan de andere partij zich slechts tegen de beslissing verzetten met een beroep op dezelfde beperkte gronden zoals die gelden voor de vernietiging van een arbitraal vonnis.
Vragen over arbitrage?
Aarzel dan niet om contact op te nemen.